„Bisschop van het Nederlandse Roermond Harrie Smeets, die ernstig ziek is, maar mooi schrijft, gaf een bundel uit, Getuigen van de verrijzenis. Als inleiding op de bundel zegt hij: „Over Pasen kun je niet preken!” Sterker nog: „Het zou verboden moeten worden, want hoe kun je nu iets zeggen over dingen die ons bevattingsvermogen mijlenver te boven gaan? Dat Jezus verrezen is en dat Hij de dood overwon, is met een gewoon mensenverstand niet te begrijpen. Je kunt het alleen maar geloven en ingetogen vieren, beginnend in de stilte van je hart.”
Enerzijds is het ook mijn ervaring dat elke preek over Pasen, van wie ook, altijd zal tekortschieten. Anderzijds merk ik dat een lied of een muziekstuk in de context van de paasliturgie soms het hart van de gelovigen zeer diep kan raken en op een unieke wijze de paasboodschap kan overdragen. Zulk lied dat in de paasliturgie ‘werkt’, is dat van de Hasseltse priester, componist en tekstschrijver Paul Schollaert, Kondig het aan: de Heer is verrezen. Ik haal er slechts enkele klemtonen uit, die naar mijn aanvoelen heden ten dage zo belangrijk zijn.
1. „Kondig het aan: de Heer is verrezen, zeg aan de wereld dat Jezus leeft. Dit is de weg die Hij heeft gewezen; dit is de waarheid die Hij geeft; dit is het leven voor alle eeuwen! Alleluia! Christus leeft.”
Pasen, dat de Heer verrezen is en leeft, moet worden verkondigd aan de wereld. God, de Vader, heeft zijn Zoon, die onze zonden op zich nam, die geleden heeft en gestorven is aan een kruis, verhoogd. Hij zetelt nu aan Gods rechterhand. Jezus toont ons zo de weg die ook wij kunnen gaan: gegeven, in overgave, vertrouwend op God, Hij die uiteindelijk recht doet geschieden. Er is geen diepere reden tot inzet en overgave. Daarom zingen wij alleluja, Hebreeuws voor ‘God zij geloofd’.
2. „Zing nu een lied van vreugde en vrede, zing nu een lied van barmhartigheid. Alle verdriet en pijn zijn geleden, al wie verdrukt is wordt bevrijd. Laat aan wie treuren uw blijdschap
„Pasen, dat de Heer verrezen is en leeft, moet aan de wereld worden verkondigd”
weten. Alleluia! Christus leeft.”
Pasen vervult hen die geloven met vreugde en vrede. Het zet aan tot barmhartigheid zoals Jezus barmhartig was jegens zovelen. Verdriet en pijn, hoe gruwelijk ook, zoals sterven aan een epidemie of onder een bommenregen, hebben nooit het laatste woord. Uiteindelijk schenkt God de verdrukte altijd bevrijding. Wijzelf kunnen die bevrijding vaak niet waarmaken. We kunnen aan de treurenden of rouwenden, aan de mens die lijdt, soms wel, subtiel, ons geloof en vertrouwen laten blijken. Alleluja, Christus leeft.
3. „Leef in uw hart met volle vertrouwen, hoop op een toekomst voor iedereen, steun voor wie zwak is, troost voor wie rouwen, vriendschap en goedheid om u heen. Liefde volstaat om een wereld op te bouwen. Alleluia! Christus leeft.”
Pasen geeft ons zo de genade en de kracht die we nodig hebben om hoopvol en gelovig voort te gaan. Die hoop op de toekomst die God ons geeft, is echter bestemd voor iedereen. Daarom dient Pasen te worden verkondigd, niet enkel in de liturgie, maar ook in het dagelijkse leven. Door te steunen wie zwak is, door anderen troostend nabij te zijn, door vriendschap en goedheid, volgens onze mogelijkheden, maar vooral bouwend op de Liefde die van God komt. Zij is immers de grond van Pasen. Zij alleen is het die ons leert alleluja zeggen, Christus leeft.
Van harte wens ik jullie de vrede en de vreugde van Pasen toe. Onze wereld heeft ze nodig.
Zalig Pasen. Alleluja.”