Wit blad

Standpunt

Dertig jaar en twintig kilo geleden studeerde ik een jaar aan de Université catholique de Louvain. Studeren in een andere taal is confronterend en leerrijk. Even bijzonder was de plek waarin ik terechtkwam: Louvain-la-Neuve. Die stad werd in de jaren 1970 gebouwd na de splitsing van de voorheen tweetalige Katholieke Universiteit Leuven, een woelige episode die onze oudste lezers zich beslist herinneren. Omdat het een nieuwe stad betrof, werd ze bedacht in één geheel, volgens de normen van de tijd. Zo rijden auto’s niet in, maar onder de stad. Louvain-la-Neuve is de meest geplande stad van België, bedacht uit het niets.
Daaraan moest ik denken toen ik laatst las dat Egypte een nieuwe hoofdstad bouwt. In een rotsig niemandsland verrijzen kantoren, flatgebouwen en villa’s. Alles is grondig doordacht, er is maar één probleem: wie wil daar straks gaan wonen? De inwoners van de huidige hoofdstad, Caïro, zijn sceptisch. Dat is herkenbaar. Ik vond Louvain-la-Neuve echt een leuke ervaring, maar wonen in het oude, historische Leuven vind ik toch aangenamer. Dat die stad minder gepland is en dus rommeliger, neem ik er graag bij. Zou u daar anders over denken?
Uit het niets een nieuwe stad bedenken, is blijkbaar niet evident. Zou het op andere terreinen beter lukken? In dit nummer van Kerk & leven proberen we het uit. Aan vier mensen vroegen we hun sector opnieuw uit te vinden, vertrekkend van een wit blad. Vier mensen met flink wat ervaring vertellen ons hoe het onderwijs, de Kerk, onze mobiliteit en het sociaal werk eruit zouden kunnen zien als we helemaal konden herbeginnen. Het resultaat leest u in ons Dossier.
Wat valt op? Geen van de vier vertrekt echt van een wit blad. Allen hebben ze vernieuwende ideeën, die beslist tot nadenken stemmen, maar eigenlijk vertrekken ze vooral uit de realiteit en verwijzen ze naar projecten die al Niemand weet nog waar de startlijn lag, niemand kan voorspellen waar de eindstreep ligt plaatsvinden. Ze durven te dromen, maar willen duidelijk niet zweven. Dat doet wat afbreuk aan ons experiment, maar zeker niet aan onze waardering voor hun visie. Het is menselijk om te vertrekken vanuit een plek die je kent, eerder dan het bord in je hoofd volledig te wissen.
Misschien is dat wel de les die we uit ons Dossier moeten trekken. Droom en realiteit zijn geen vijanden, ze horen samen. De droom is belangrijk, omdat je dan weet waar je naartoe wilt. Je creëert een perspectief, schept hoop, mobiliseert mensen om mee te werken aan vooruitgang en aan een betere wereld. Buiten de gebaande paden denken is belangrijk en nodig, omdat het de motor is van vernieuwing. Alles wat we vandaag vanzelfsprekend achten, werd ooit door durvers bedacht.
Tegelijk is er het besef dat we de wereld erven van onze voorouders. Onze samenleving is geen onbeschreven blad. We pikken een estafettestok op die anderen voorheen droegen. Niemand weet nog waar de startlijn lag, niemand kan voorspellen waar de eindstreep ligt. We zijn passanten en doen ons deel. Dat leert ons ook bescheiden te zijn. Het oude verketteren is weinig zinvol. Beter is het om dankbaar te zijn voor wat onze voorouders deden, en tegelijk de vraag te stellen wat we zelf nog beter kunnen. Die vraag mag best ambitieus zijn. Na ons komen immers nog meer generaties.
Zowel de grote revolutie als de starre behoudsgezindheid zegevieren zelden. De kunst is dromen van het ideaal en dan daadwerkelijk in die richting stappen. Soms kunnen we sprinten, soms moeten we ploeteren. Nooit mag realisme ertoe leiden dat we niet langer dromen van het ideaal. Nooit mag het ideaal verhinderen dat we bereid zijn de eerste stap te doen. Mozes bereikte nimmer het Beloofde Land, maar dat belette hem niet zijn volk op weg te zetten. Nooit zullen wij bij leven het Koninkrijk Gods meemaken, maar laten we er vooral werk van maken.

Lees meteen verder

Ik ben nog geen abonnee

Word abonnee
voor €32
tot eind 2024

Registreer je hier